Vrijspraak (poging tot) zware mishandeling van twee maanden oud dochtertje

Vrijspraak (poging tot) zware mishandeling van twee maanden oud dochtertje

De rechtbank Amsterdam heeft op 27 november 2019 uitspraak gedaan in een zaak over (poging tot) (zware) mishandeling van een twee maanden oud kindje.

Vrijspraak (poging tot) zware mishandeling van twee maanden oud dochtertje

De verdachte in deze zaak stond terecht voor poging tot doodslag van zijn twee maanden oude dochtertje, door haar met kracht vast te pakken, te schudden en haar aan kleding en arm op te tillen. Daarnaast is zware mishandeling, poging zware mishandeling en mishandeling tenlastegelegd.

 

Feiten en omstandigheden

Het twee maanden oude kindje is gepresenteerd bij het ziekenhuis. Er is een skeletstatus opgemaakt waaruit bleek dat het kindje in totaal zeven ribfacturen had aan beide kanten. De kinderarts heeft als gevolg hierop contact opgenomen met Veilig Thuis. Gebleken is dat de fracturen het gevolg zijn van direct inwerkend trauma. Met zekerheid kan worden gesteld dat er sprake is van meerdere (ten minste drie) momenten waarop de fracturen zijn ontstaan. De rechtbank neemt dit oordeel over. Op grond van deskundigenrapporten kan worden vastgesteld dat er sprake is van ribfracturen, die aan het kindje zijn toegebracht door menselijk handelen.

 

Pleidooi strafrechtadvocaat

De strafrecht advocaat heeft bepleit dat niet kan worden bewezen dat de verdachte, de vader van het kindje, het letsel heeft toegebracht en er is ook geen bewijs dat dit opzettelijk is gebeurd. Uit de aard van het letsel valt, volgens de raadsman, niet af te leiden dat dit met zekerheid opzettelijk is gebeurd, ook in het dossier is geen bewijs voor opzet. Ook is de verdachte niet de enige geweest die in de gelegenheid is geweest dit letsel te veroorzaken. Hierdoor is volgens de strafrechtadvocaat niet uit te sluiten dat iemand anders de baby heeft laten vallen of dat een andere oorzaak wordt verhuld.

 

Oordeel rechtbank Amsterdam

Gebleken is dat het letsel van het kindje bij ten minste drie verschillende incidenten in een periode van minimaal 45 dagen is toegebracht. Exacte momenten waarop de fracturen zijn ontstaan zijn niet vast te stellen, hierdoor kan niet worden vastgesteld of de verdachte degene was die ten tijde van het ontstaan van het letsel alleen was met het kindje. De verdachte heeft de gelegenheid gehad om het letsel toe te brengen, maar het kan ook zo zijn dat iemand anders het heeft gedaan. Van belang is dat het kindje in de periode van ten minste 45 dagen ook met anderen alleen is geweest. Hierdoor kan niet met de vereiste mate van zekerheid worden uitgesloten dat een ander dan de verdachte verantwoordelijk is voor het toebrengen van het letsel.

In lijn met het pleidooi van de strafrechtadvocaat stelt de rechter dat niet bewezen kan worden dat de verdachte (opzettelijk) het letsel heeft toegebracht. De verdachte is derhalve vrijgesproken.

 

Strafrechtadvocaat (zware) mishandeling

Zelf verdacht van (zware) mishandeling? Een ervaren strafrechtadvocaat kan u bijstaan! De raadsman zal uw processtukken opvragen om een goed en sterk verweer te voeren. Hierdoor wordt voor u een zo laag mogelijke straf, of indien mogelijk zelfs vrijspraak, bereikt. Wanneer u het contactformulier invult neemt een ervaren strafrechtadvocaat voor (zware) mishandeling direct gratis en vrijblijvend contact met u op! Wij werken landelijk, voor een vaste prijs en op basis van pro deo.